De ene waarheid is de andere niet

Gevonden_voorwerpen_3
Reageerder Said lucht zijn hart op het muziekforum 'theBoards', "Nederlands meest gelezen hip hop forum" in het door hem gestarte topic: "waar je maar kijkt.. gaat t over de Islam": link.

Said: "maar Islam als excuus vaak voor gewoon pure haat tegen allochtonen, alleen nu mag het.. nu hebben velen een soort van gevoel van back up, of van dat t mag.

franse shit..amerikaanse shit, all over.. gatverredamme.
youtube comments.. het gaat vaak totaaaaal niet over de Islam..de video dan, maar dan komt er weer een white ass faggot beginnen over die apen moeten terug en allemaal zieke dingen zeggende over de profeet ..internet is echt vrijheid voor de bitch ass mietjes die buiten niks durven te zeggen..punk ass bitch ass pussies."
 (...)
Said: "Mensen onderschatten vaak hoe erg het is, het zit m ook in de "kleinere" dingen zoals ergens rondlopen waar je niet bekend bent, en dan zo erg vies worden aangekeken, mensen vragen op straat om directions en die gewoon weglopen tas vatspakkend..en believe me ik zie er niet eens uit als een stereotype mokro, laat staan hoe he voor hun moet zijn. Het zijn jaren al, vanaf kleins af aan door ouders , fokking volwassenen dus moeten horen hey vieze turk donder op naar je eigen land, het is niet een iets van nu pas..maar t is al voor zolang ik leef al aan de gang. Het erge is dat ze doen alsof ze lang stil zijn geweest!! alsof al die jaren shit werd getolereerd of zo!!?? hell no.
buschauffeurs die voor je neus doorrijden. Door leraren, door politieagenten bij wie je komt aanloppen en die dan zegt ja sorry maar je bent toch maarokkaans? nou dan ligt t aan je soortgenoten, daar kan ik niks aan doen..
door werkgevers..door collega's door schoogenoten, die al bij voorbaat denken dat je geen werk wil verrichten, alleen dan om te bewijzen met je hoge cijfers dat je ze allemaal bosst.
enzovoort enzovoort..deze shit wat er nu gebeurt, maakt alleen een nog veeeeeeel grotere kloof, en laat haat groeien, want als de een haat gaat de andere ook haten, niet iedereen is een MLK.

man als blanke autochtoon weet je fokking niks van dit, believe you motherfucking me."

Dit gaat nog even door, totdat uiteindelijk reageerder smaker-smaak het volgende schrijft:


"@ (...) Wil alleen toch even kwijt dat de marokkaanse medemens in nederland een stuk racistischer lijkt dan de nederlandse.. Even kort door de bocht ken ik maar weinig nederlanders die vrouwen met hoofddoekjes uit schelden voor hoer en andersom kan mijn zusje de beledigingen niet meer op 1 hand tellen.. Om over homo haat al helemaal niet te spreken.. daarnaast wil ik nog even kwijt dat ik als jongerenwerker al bijna tien jaar ervaring heb met marokkaanse jongen en dat zij, de positieve uitzonderingen daar gelaten, helaas wel in die slachtoffer rol kruipen elke keer als je ze op hun negatieve gedrag aan spreekt.. En sorry said, maar marokkaanse jongetjes gedragen zich opvallend veel meer vervelend dan andere jongeren en al die jongetjes roepen om het hardst dat ze moslim zijn.. niet zo vreemd dus dat, de niet zo bijster intelligente, henk en ingrid angst krijgen voor de islam.. Zij worden immers dagelijks geconfronteerd met boos kijkende, naar hun spugende, uitscheldende rot jochies die hun angst in boezemen.. Doe daar als gemeenschap wat aan en kom dan klagen.. Just my two cents.."

Update: Een cursusje gesubsidieerde indoctrinatie; hoe leer ik mijn kind bidden?


(ingezonden) gesubsidieerde website http://www.opvoedmix.nl/, 'Hoe leer ik mijn kind bidden?'  18.2.2011: 

'De Profeet (Allah’s gebeden en vrede zij met hem) heeft gezegd:
 
“Draagt jullie kinderen op tot het gebed als zij de leeftijd van  zeven bereiken, en slaat hen ervoor op hun tiende (als zij het gebed dan  niet verrichten) en scheidt hen in hun slaapplaatsen.”'
Bron: http://www.opvoedmix.nl/islam-en-opvoeding/hoe-leer-ik-mijn-kind-bidden.
 
Is nu gewijzigd in (update, 28.2.2011):
'Een van de zuilen wat bij de uitvoering van het moslim zijn hoort is het vijf maal per dag bidden.
Gedurende de dag is het de bedoeling dat moslims op vijf vaste tijdstippen per dag hun gebed verrichten. Het gebed kan gezien worden als een moment van bezinning en een moment met jouw God.'
http://www.opvoedmix.nl/islam-en-opvoeding/hoe-leer-ik-mijn-kind-bidden

Zou het op al die andere plekken op het web ook geruisloos weggemoffeld worden?
http://babynamen.ansaar.nl/Hoe-leer-ik-mijn-kind-bidden/hoe-leer-ik-mijn-kind-bidden.html
http://www.al-iemaan.com/nl/bibliotheek/wetsleer/de-voorwaarden-van-het-gebed
http://www.ontdekislam.nl/forum/viewtopic.php?t=65354

Heeft  u ook voorbeelden van         Jip-en-Janneke-uitspraken/berichten/verslaggeving/foto's    gehoord/gezien      op radio, televisie of andere media? Stuur deze,   met  bronvermelding,     dan  naar hoeiboei@gmail.com .

Film Noir


door Dick Gilsing

Wat is er aantrekkelijk aan een film noir? Is het de smoezelige, rokerige sfeer uit een onherroepelijk voorbij verleden? Of is het de vernietigende kracht van de femme fatale, van wie meestal eerst de benen in beeld worden gebracht? Jaarlijks wordt in San Francisco een groot Film noir festival gehouden (Noir City); afgelopen januari (21-30) voor de negende keer. Tien dagen lang vinden liefhebbers van dit genre elkaar in het Castro Theatre, waar ze worden getracteerd op gerestaureerde versies (dit jaar bijvoorbeeld High wall – 1947, Loophole – 1954 en The Hunted – 1948) en op een Noir City Bus Tour in en rondom SF, compleet met filmclips en een bezoek aan locaties, die gebruikt werden in film noirs als Dark Passage , The lady from Shanghai en Vertigo. En op vele film noirs natuurlijk. Van toen en nu. In de VS zijn er in de jaren veertig en vijftig zo’n vijftig gemaakt. Daarna weer vanaf de jaren zeventig, zoals Chinatown (Polanski 1974), LA Confidential (Curtis Hanson 1997) en Memento (Christopher Nolan 2000). Wel allemaal in kleur. Nolan maakte zijn eerste film (Following, -een echte film noir) met een budget van 10.000 pond in zwart-wit en won daarmee op het Rotterdams filmfestival van 1998 een Tiger Award, waarna de weg naar Hollywood (Memento dus) voor hem open lag. De vraag is: waarom zo’n groot festival toegespitst op alleen de film noir? Het wemelt tegenwoordig van de filmfestivals, maar meestal worden er nieuwe films vertoond. Of films uit een bepaald land (in Nederland op het Iraans festival). Of het gaat om documentaires, animatiefilms of korte films. In Nederland ken ik verder alleen Imagine (voorheen Amsterdam Fantastic Film Festival), maar daar krijgen we heel uiteenlopende genres als horror, thrillers en science fiction gepresenteerd. Heeft de film noir iets te bieden wat niet terug te vinden is in andere soorten films?

Het is een hardnekkig misverstand dat de film noir een Frans genre is. Dat werd ze pas in de jaren zestig (de term was toen al gebruikt door de Franse criticus Nino Frank, voor het eerst in 1946, - ten aanzien van de Amerikaanse film noir dus). De filmische taal van de film noir (met name de belichtingsstijl, de grote scherpte-diepte, het contrast tussen licht en donker) was voor een deel in het Duitse expressionisme (Dr. Caligari, Metropolis) ontstaan en naar de VS meegenomen door Duitse filmers als Lubitsch, Fritz Lang en Billy Wilder (oorspronkelijk uit Oostenrijk). De verhalen over loosers/anti-helden en femmes fatales werden o.a. gevonden in Amerikaanse detectiveromans, zoals die van Hammett en Chandler. De laatste creëerde als centrale figuur de privé-detectice Philip Marlowe. In films als The maltese falcon en Big sleep (met Humphrey Bogart) zijn deze hard boiled verhalen duidelijk terug te vinden. En scenarioschrijver Robert Towne heeft nooit onder stoelen of banken gestoken, dat hij voor zijn verhaal van Chinatown vooral de boeken van Chandler herlezen heeft en dat hij bij het ontwerpen van zijn hoofdfiguur Gittes (Jack Nicholson) voortdurend aan Philip Marlowe heeft gedacht. De femme fatale is vaak in verband gebracht met de positie van de Amerikaanse vrouw die het in en na WO II zelf moest zien te redden. In de film noir verstrikt ze de in duistere arena’s en louche zaakjes opererende einzelgänger in haar netten. De anti-held van zijn kant probeert zijn verliefdheid te loochenen met misdaad en misleiding van de wet. En zo is de film noir een hard boiled detective die eigenlijk een lovestory wil vertellen. Sommige elementen uit de film noir zijn om praktisch-budgettaire redenen ontstaan: de set werd met opzet duister gelaten, omdat werd opgenomen in de bestaande set van een andere film; vaak zijn totalen gebruikt met dialogen die haast toneelmatig (naast, of zelfs voor elkaar en met het gezicht naar de camera) zijn opgenomen, soms zelfs met ‘actual’ geluid (kwestie van geld dus). En zo ontstaat een donker verhaal met duistere types op louche plekken. Met veel schaduwwerking, spiegels, sigaretten en onderkoelde dialogen en een voice-over van de hoofdpersoon die het verhaal vertelt. Zoals in Double Idemnity (Billy Wilder1944), met Barbara Stanwych als de femme fatale. Deze verleidelijke vrouw blijft ook later voorkomen, bijvoorbeeld in Fatale Attraction (Adrian Lyne 1987) met Glenn Close als de ff, en in Femme fatale van Brian de Palma (2002). Het eerste shot in deze film laat ons Barbara Stanwych in Double Idemnity zien. Gereflecteerd via het televisiescherm verschijnt Rebecca Romijn in beeld, de vv in deze Femme fatale van de Palma, die op de bank naar deze klassieke film noir ligt te kijken.

In de Franse neo-noir regent het dan ook nog altijd. Zo zit Alain Delon in Le Samouraï (1967 Jean-Paul Melville) in regenjas met opgeslagen kraag en hoed met zorgvuldig gedrapeerde randen onbewogen door landerig op en neer gaande ruitenwissers te turen naar verregende straten, terwijl hij zijn contactsleutels uitprobeert op een zojuist zich toegeëigende prachtige Snoek (zwart natuurlijk). Grunberg koos deze scѐne in het tv-programma Zomergasten. Zo zorgvuldig als Delon zijn hoed opzet zo zorgvuldig trekt Maurice Ronet in Ascenseur pour l’ échafaud (1958 Louis Malle) zijn zwarte handschoenen aan om even later de perfecte (?) moord te plegen op zijn baas. Jeanne Moreau wacht buiten op hem. Miles Davis heeft de muziek er à l’improviste bij gespeeld. De film noir gedrenkt in een vleugje existentialisme. Ondergedompeld in een troosteloze en desolate sfeer. Een wereld aan de andere zijde van het licht, waarin geen moraal bestaat, alleen mislukking en desillusie. Wie kan de verleiding weerstaan om daar af en toe in weg te zakken? Is de hoofdpersoon in de Amerikaanse film noir een cynische looser met wortels in de Grote Amerikaanse Depressie, die in de Franse neo-noir lijkt eerder een gedesillusioneerd individu dat alle greep op de wereld om hem heen verliest. Een sombere zwijger die lichtelijk aanschurkt tegen het mondaine Parijse existentialisme van Camus en Sartre.
Natuurlijk zijn er ook parodieën gemaakt op de film noir, waarvan altijd bediscussieerd is of het een genre of een stijl is. De bekendste is Play it again Sam (1972 Herbert Ross), waarvoor Woody Allen het script schreef en waarin hij de hoofdrol speelt. De titel verwijst naar een bekende claus van Ingrid Bergman in Casablanca: Play it, Sam. Again is er later abusievelijk aan toegevoegd in het collectieve geheugen, waarvan Allen dan weer dankbaar gebruik heeft gemaakt. Allen is in deze parodie filmregisseur en wil aan de vrouw. Hij wordt daarin bijgestaan door de geest van Humphry Bogart, ster in Casablanca en in The Big sleep de verpersoonlijking van detective Philip Marlowe. Wanneer Allen met een meisje rondloopt in een museum, stuiten ze op een schilderij van Pollock. Allen vraagt haar wat het betekent, waarop zij antwoordt dat het voor haar al het negatieve in het universum, de leegheid van het bestaan belichaamt. Vaker wordt met de film noir het werk van Edward Hopper (die niets van abstract-expressionisten als Pollock moest hebben) geassocieerd. Zijn schilderijen ademen een sfeer van melancholie, eenzaamheid, dreiging, desolaatheid, vergeefsheid. In zijn essay Hoppers Hollywood laat Joost Zwagerman zien hoezeer filmregisseurs als Hitchcock (Psycho), Sam Mendes (American Beauty en Revolutionary Road), Terence Malick en Wim Wenders (Der Amerikanischer Freund en Am Ende der Gewalt) geïnspireerd raakten door het werk van Hopper. Deze maakte nooit een schilderij van een verdoolde en verregende man naast zijn auto, maar volgens Zwagerman zijn kleurstelling, belichting en sfeer in verschillende stills van bijvoorbeeld American Beauty dermate ‘hopperesk’ dat ze te typeren zijn als typische Hoppers die Hopper nooit geschilderd heeft.

Het lijkt inderdaad beter te spreken van film noir als stijl dan als genre, gezien ook het aantal kruisbestuivingen dat tot op de dag van vandaag bestaat en ontstaat. Zo is er technoir, een genre waarin elementen uit de film noir vermengd worden met cyberpunk en science fiction. In The terminator (1984 James Cameron, met Arnold Schwarzenegger, - geen slechte naam in dit verband; hij krijgt in zijn geboortedorp Thal in Oostenrijk binnenkort een drie meter hoog standbeeld) is technoir de naam van een nachtclub. Ook Robocop (1987) en Avatar (2009 James Cameron) kunnen we ertoe rekenen. En met terugwerkende kracht: Metropolis (1927 Fritz Lang) en Alphaville (1965 Godard). Er zijn ook cross-overs met comedy (The big Lebovski van The Coen Brothers 1998) en met de western (Once upon a time in the west 1968). De cultusheld uit The big lebowski, The Dude Jeff Bridges, is teruggekeerd in het onlangs in Nederland uitgekomen en door de Coen Brothers geregisseerde True gritt (2010), een western die - evenals de eerdere versie (1969) met John Wayne – gebaseerd is op de gelijknamige roman van Portis (1968). De eerste beelden ervan zijn een verwijzing naar en een ode aan Once upon a time in the west. De hoofdfiguren in de films van The Coen Brothers worden door Zwagerman in een Volkskrantartikel (de Volkskrant heeft net een cassette met films van de broers uitgebracht) aangeduid als knuckleheads, sympathieke sukkels. In True Gritt speelt overigens niet zozeer de lapzwans Jeff Bridges de boventoon maar de rechtlijnig handelende veertienjarige Hailee Steinfeld, die de sterren van de hemel speelt. Maar in de overige films van de broers zijn het dus vooral kleine kneuterige anti-helden, middelmatige ploeteraars met butsen in hun ziel, die zich steeds weer stoten aan dezelfde steen. Ze blijven geloven in een uitweg, maar hun geploeter brengt hen steevast in de hel. Gelukkig kunnen we hartelijk lachen om hun gepruts. Meer eigenlijk dan om het lot van de noir-helden. En dat werkt dan toch weer bijzonder bevrijdend. Het schept ook de nodige afstand.

'Je loopt het op één of andere manier op,'


(...) 'Je loopt het op één of andere manier op,' hield Treger zich grimmig voor. 'Dat schijnt gemakkelijk te kunnen gebeuren. Maar je komt er nooit meer van af.' Het zat ingewikkeld in elkaar, of juist heel eenvoudig, maar het zat wel zoals het zat.

Het besef dat hij zich in iets had laten vangen waarin hij opgesloten zat, vervulde hem soms met een woede die des te verbetener werd naarmate hij besefte dat hij met die woede geen kant uit kon. Wat Treger daarbij heel goed kon weten maar waarschijnlijk nooit ruiterlijk zoude toegeven, dat was dat de doem en de onherroepelijkheid van zijn katholiek worden hem sterkten in zijn gevoel van eigenwaarde, want zijn lot was daardoor een echt noodlot, en hijzelf dus tragisch, niets minder dan dat. Anders gezegd: een wreed noodlot had hem rooms-katholiek gemaakt, wat wilde zeggen dat genoemd noodlot zich de moeite had getroost nota van hem te nemen. Hoeveel mensen lagen niet dag in dag uit op hun knieën voor dat noodlot, alsmaar smekend dat het hun leven een tragische wending mocht geven zodat ze tragisch werden, in het nieuws kwamen of in naslagwerken opgenomen werden? Terwijl dat noodlot zich van die smeekbeden geen ene moer aantrok, of hoogstens een paar van die zeurders wegraapte, pats dood, vaak slechte schrijvers en dichters, met sommigen van wie Treger nog hooglopende ruzie had gehad ook.

Was het waar dat die 'grote Kerk' de mensen rust gaf, zoals dat heette? Het mocht wat! Ja, in het begin ging het nog wel, maar hoe langer Treger katholiek was, hoe drankzuchtiger en twistzieker hij was geworden. En de boel beviel hem van lieverlede steeds minder, want de tijden namen een onheilspellende keer, ook in die Kerk. Voor de nieuwbouwwijken van beton, vereenzaming drankzucht en misdaad werden nieuwe katholieke kerken gebouwd, hetzij ronde glazen kooien, hetzij bouwsels in de vorm van een chocoladefabriek, beide soorten zonder iets erin wat op een altaar geleek, laat staan dat er een schrijn, nis of hoekje, hoe bescheiden ook, voor de glorievolle Maagd Maria, de Moeder van God, werd ingeruimd. Wel werd de hal van zulk een nieuw kerkgebouw volgeprikt met lelijke kindertekeningen die meestal een vis voorstelden, misschien omdat het vaderland grotendeels uit water bestond. En wat er gepredikt werd? Meestal ging de preek nergens meer over. Of, als die wel ergens over ging, over onze welvaart, die 'gestolen was van de arme landen', toch een vreemde logica, als je er even bij stilstond. Ook hielden die preken vaak in, dat we ons het lot van de armen moesten aantrekken, want die konden een boel dingen niet kopen die ze graag hebben wilden maar die ze niet konden betalen, zoals dure bonbons, zalm en dergelijke; terwijl er van de gelovigen die zaten te luisteren eigenlijk niemand die dure bonbons of die zalm wèl kon betalen. Alweder was het een eigenaardige logica, volgens welke die gelovigen bij de collecte geacht werden geld te offeren waar die armen dan dure bonbons en zalm voor gingen kopen: goederen die, zoals gezegd, de schenkers van dat door henzelf zuur verdiende geld zichzelve niet eens konden veroorloven! Geld geven aan armen was trouwens wel het laatste wat men moest doen, vond Treger, want als hij, Treger zelf dus, helemaal geen behoefte aan dure bonbons en zalm had, waarom moesten die armen die dan wèl hebben? Vonden die soms in elke dure bonbon en in elke zalm een gouden ring? Een blok aan het been, dat waren ze, die armen. Ze kostten de staat, dat wilde dus zeggen de belastingbetaler, een fortuin, omdat ze al zo veel geld kregen zonder er iets voor uit te voeren. 'Ze leggen een zware tol op de samenleving,' vatte Treger zijn gedachten samen. (...)

Gerard Reve - Bezorgde Ouders
Pag. 1979-181
Uitgeverij Veen

»Vrijheid voor vrouwen is niet voorzien«

door Nico Buchholz

Sociologe Dr. Necla Kelek bekritiseert de houding van moslims in Duitsland en Turkije.

Dr. Necla Kelek is een vrouw van duidelijke taal. »Culturele en politieke islam zijn niet van elkaar te scheiden«, zegt de sociologe tijdens haar voordracht over haar boek »Himmelsreise«. Daarin pakte de oorspronkelijk in Turkije geboren Kelek de patriarchale structuren in de islamitische wereld en onder migranten in Duitsland hard aan.

De explosieve kracht van het onderwerp was al zichtbaar bij de ingang van de aula: twee politieagenten bewaakten de bijeenkomst, waar meer dan 100 luisteraars op af waren gekomen. »In Hagen had ik al een keer het probleem dat moslims de bijeenkomst bestormd en mij als ongelovige uitgescholden hebben.« Enkele minuten later wordt duidelijk waarom. Want de islamcritica roept migranten in Duitsland op tot een andere manier van denken.

»Veel moslims zien zichzelf nog steeds als Turken. Ze accepteren Europa niet als nieuw thuis.« Daarbij zou de islam een belangrijke rol spelen. Want de vrijheid zou in de islamitische wereld een andere betekenis hebben dan in de westerse wereld. »Daar betekent zij de bewuste beslissing om de wil van Allah te dienen«, zegt Kelek, die met de islam groot geworden is. »Vrijheid is voor vrouwen niet voorzien. Ze staan onder bescherming van de mannen of vaders tegen andere mannen.«

Deze instelling zou botsen met Europese waardevoorstellingen. De hoofddoek zou daarvan een signaal zijn. »Met hem wordt de rol van slachtoffer en dader omgedraaid.« Want met de verhulling zou de vrouw ervoor moeten zorgen dat ze bij de mannen geen verlangen opwekt. »Niet de dader van een seksueel vergrijp is verantwoordelijk, maar de vrouw, die zich niet voldoende verhult.« Kleine meisjes zouden al door de hoofddoek als »seksuele objecten« worden beschouwd.

Moslims, die naar Duitsland komen, zouden grotendeels niet bereid zijn deze opvattingen over boord te gooien. Daarbij zou dat een voorwaarde voor integratie zijn.

Het leren van de taal zou niet voldoende zijn. »Ik zie de vrijheid in Duitsland niet als servicestation voor vreemde culturen, maar als de inhoud van een waardegemeenschap.« Niet voor niets koos de sociologe voor het omschrijven van deze inhoud de Verlichte filosofen Kant en Montesquieu. »De islam als religie heeft de Verlichting nog voor zich.«

In de daaropvolgende discussie bespraken de deelnemers de rol van de islam bij de revoluties in Noord-Afrika. »Ik kan de jonge mensen alleen maar aanraden om zich in te zetten voor de vrijheid in het land. Anders zou de revolutie wel eens een teleurstelling kunnen worden«, zei Kelek hierover. Ook het omstreden boek van Thilo Sarrazin werd onderwerp van discussie. »Deze angst in de bevolking is er, of Sarrazin er nu over schrijft of niet.« Daarom zou men zich hiermee bezig moeten houden.

De sleutel tot de oplossing van het probleem zou zijn, dat migranten zichzelf niet langer als slachtoffers zouden voordoen en Europese moslims niet als pupillen zouden beschouwen. »De situatie van de moslims in Duitsland wordt niet bepaald door de slechte sociale situatie, maar door de culturele en politieke islam.«

Voor luisteraar Renate Thöle was de voordracht verhelderend. »Ik zoek naar een positie in het debat rondom de islam. Deze avond heeft me een heel stuk verder geholpen.«


Vertaald uit het Duits door: E.J. Bron

Oproep tot een grote demonstratie in Frankfurt



Meer info hierr.

Grondrechten in Nederland en de islam

Arabist_jansen

Vanavond zult u harde taal horen, of in ieder geval uitspraken die u waarschijnlijk als harde taal beschouwt. Maar ik ben bereid alles wat als harde taal beschouwd wordt terug te nemen als er drie moslims zonder om anonimiteit te vragen in het openbaar afstand willen nemen van de stelling dat joden apen en varkens zijn, al-qirada wa-l-xanaaziir, Koran 5:60; dat de moslims de plicht hebben de niet-moslims, u dus, angst aan te jagen, turhibuuna, Koran 8:60; dat ieder die gelooft dat Christus de Zoon van God is, in de oorlog gedood dient te worden, qaatalahumullaah, Koran 9:30; en dat mannen hun vrouwen moeten kunnen slaan, wa-Dribuu-hunna, 4:34. Vier uitspraken uit de koran, drie moslims, en we zijn klaar.

Ik geef u in overweging uw adem niet in te houden tot die drie moslims zich over die vier passages uitgelaten hebben. Er blijven dan trouwens nog een paar honderd koranpassages over waar ik ook nog wel vragen over heb. Ik zou bijvoorbeeld willen weten wat precies de bedoeling is van de koranverzen waarin ertoe wordt opgeroepen niet-moslims dood te slaan, fa-qtuluuhum. Ik zou bijvoorbeeld willen weten wat precies de bedoeling is van de verzen waarin er op wordt aangedrongen oorlog te gaan voeren tegen wie geen moslim is. Het gaat om meer dan 150 passages, die u kunt terugvinden door op Internet te zoeken met behulp van de zoektermen koran war passages.

De koran, leert de islam, is Gods woord. Moslims geloven dat de islam leert dat God de tekst van de koran letterlijk zo gezegd heeft, tegen de aartsengel Gabriel, die dat letterlijk heeft doorgegeven aan Mohammed (570-632), die dat letterlijk heeft doorgegeven aan zijn secretarissen, die dat letterlijk zo hebben opgeschreven. De islam leert bovendien dat vanuit de antieke manuscripten de tekst van de koran letterlijk is terecht gekomen in de Arabische koran zoals die tegenwoordig gedrukt in winkels te koop ligt. Ik vind dat wel heel erg veel om te geloven, er zijn wel heel veel schakels in het spel, maar goed, daar gaat het nu niet om. Iedereen gelooft wel eens wat. Waar het om gaat is dat God in de koran wordt voorgesteld als zittend op zijn troon terwijl hij zijn profeet en de gelovigen toe sist ‘sla ze dood, sla ze dood’ (2:191, 4:89 en 4:91).

Dan heb ik toch liever de bijbel waarin de profeet Ezechiël (33:11) God laat zeggen: ‘Ik heb geen behagen in de dood van de ongelovige’, nolo mortem impii, of het Nieuwe Testament (Mt 5:44) waarin we ertoe worden opgeroepen onze vijanden lief te hebben. Het contrast tussen de bijbel en de koran kon hier niet groter zijn.

Het is daarom eigenaardig wanneer moslims het voorstellen alsof het van het christendom naar de islam maar een klein stapje is, dat u nodig eens

The Melting Pot: Immigration in America

(...) Such was the scale of immigration that by 1930 more than 25 per cent of white Americans were foreign born or had at least one foreign-born parent. Confined as they often were to ethnic enclaves by a combination of economics, prejudice and convenience, it is a wonder that America didn't splinter into scores of linguistic pockets. But it did not, and for several reasons.

First, as we have already seen, people moved on as assimilation and economic circumstances permitted. An area like that around Hester Street in New York might remain Yiddish-speaking for several generations, but the speakers were a constantly changing mass. For the  most part, foreign immigrants couldn't wait to learn English and circulate in the wider world. Indeed many, particularly among the children of immigrants, refused to speak their ancestral tongue or otherwise acknowledge their ethnic grounding.

In 1927, Time magazine pointed out, older Jews were complaining that the younger generation didn't understand Yiddish. At about the same time H.L. Mencken was noting: 'In cities such as Cleveland and Chicago it is a rare second-generation American of Polish, Hungarian or Croatian stock who even pretends to know his parents' native language'.

Children not only refused to learn their parents' language, but 'would reprove their parents for speaking it in front of strangers'. As the historian Maldwyn Allen Jones has put it: 'Culturally estranged from their parents by their American education, and wanting nothing so  much as to become and to be accepted as Americans, many second-generation immigrants made deliberate efforts to rid themselves of their heritage. The adoption of American clothes, speech, and interests, often accompanied by the shedding of an exotic surname, were all parts of a proces whereby antecedents were repudiated as a mean of improving status.

'Every immigrant who comes here should be required within five years to learn English or leave the country,' barked Theodore Roosevelt in 1918. In fact, almost all did. (...)

Uit: Made in America - Bill Bryson
Hfst. 9: The Melting Pot - Immigration in America
Pag. 205
Black Swan
1994

Bestellen?

De schijn-elite van de valse munters


door Sjors Remmerswaal

Een boek geschreven door Martin Bosma, vanaf 2006 Kamerlid voor de PVV. Hij heeft een beroepsachtergrond in de journalistiek en hij heeft politicologie aan de Universiteit van Amsterdam gestudeerd en sociologie aan de New School for Social Research te New York. Hij wordt door velen geduid als de intellectuele kracht achter Wilders. Zijn boek is vlot geschreven, maar tevens

Je moet wel effe opletten want anders mis je ze


In afwachting van onze bestelling schuiven G. en ik een halve meter door richting kassa. De consument achter ons kan zo alvast z'n bestelling doorgeven en dat doet hij.

Twee cappuccino's,” zegt de man en hij wappert met waardepapiertjes die geen euro's zijn.

Normaal of groot?” vraagt de medewerker van La Place.

Uh, wat is het verschil, want ik wil met deze bonnetjes betalen?” De man toont de netjes uitgeknipte papiertjes.

Die zijn goed voor grote,” weet de La Place-medewerker en hij gaat meteen aan de slag bij de grote koffie- en melkmachines.

Onze bestelling is nog aan het doorlopen. Ik kijk met een scheef oog naar de hand met de bonnetjes en vraag de eigenaar hoe hij eraan komt. Ik weet dat je van alles en nog wat kunt sparen maar meestal betaal je daar eerst zelf voor, daarom begin ik er eigenlijk nooit aan. Dit lijkt anders in elkaar te steken.

De man legt het ons maar al te graag uit. Die bonnen voor gratis koppen cappuccino bij La Place zitten in die gratis blaadjes die huis-aan-huis worden verspreid. Zijn vrouw spit die reclameblaadjes en -folders stuk voor stuk door, daarna knipt ze de bonnetjes zorgvuldig uit om ze uiteindelijk in een speciaal bakje te verzamelen.

Je moet wel effe opletten,” benadrukt de man, “want anders mis je ze”.

Opletten kan zijn vrouw dus goed, want hier staat hij dan met z'n gratis bonnen.

Dan hoop ik maar dat u niet ver hoeft te rijden om uw bonnen hier te verzilveren,” zegt G. plagerig maar de man laat zich niet van z'n stuk brengen.

Ze wonen weliswaar niet dicht bij een filiaal van La Place maar het bakje met die netjes uitgeknipte bonnen verplaatst z'n vrouw naar het autovakje zodra ze weer eens met de auto op pad moeten of een eindje willen rijden. Dan hebben ze de bonnetjes al bij zich wanneer ze trek krijgen in een gratis kopje koffie bij La Place. Een heel ritueel, zij het wat omslachtig maar zo doen zij dat.

Onze koffie, géén cappuccino, is klaar. Wij betalen voor de koffie. Tuurlijk, er valt van alles over te zeggen maar bonnen sparen dat is niets voor mij en een er zó prat op gaande man evenmin.

Die gratis koffiebonnen zijn natuurlijk bedoeld om de klant te verleiden er nog iets bij te kopen. Iets lekkers. Maar daar heeft de keurig en in exclusief leer geklede man geen boodschap aan, zien we als hij even later langs ons tafeltje loopt.

En ik altijd maar denken dat voetbal volkssport nummer één was!

AnneliesvanderVeer

Ik zie met angst de verkiezingen tegemoet..


Huize 'Pati Et Contemni', 26 februari 1970
Greonterp, Post Oudega W., Friesland.

Lieve Zusjes,

(...) Ik zie met angst de verkiezingen tegemoet, waaruit ik de konklusie zal moeten trekken, of we in de emigratie - naar de Verenigde Staten - moeten of niet. Ik stem op de VVD, want de Partij van de Arbeid wil ons aan Ulbricht & Brezjnew uitleveren & aan het straatgepeupel. (Geertsema van de VVD is de enige politicus, die het aangedurfd heeft in het openbaar zijn stem tegen de jeugdterreur te verheffen.)

Enfin, ik heb nauwelijks meer de fut, er met iemand over te praten. De volledige ontmanteling van het Westen is slechts een kwestie van tijd - een kleine tien jaar, als de huidige tendenzen zich voortzetten. Vrijheid is de meeste mensen nu eenmaal een last & een verschrikking. Misschien verdient de mens niet beter, dan in hongerkampen doodgemarteld te worden. Er is nauwelijks meer enig onafhankelijk & kritisch denken te bespeuren; alles is frase, slogan & ongrijpbaar agitprop-gehuil. De studenten studeren & promoveren op ekstrakten van ekstrakten, & kunnen geen enkele vreemde taal meer lezen, laat staan spreken of schrijven.

Misschien vliegen Mao & Bresj elkaar naar de keel, & vernietigen ze elkaars termietenhopen. Daar ben ik erg voor, & daar hunker ik naar.

Verder heb ik niets te melden. Ik moet nu enig klein, secundair metselwerk verrichten. Heel veel liefs van Henk, Tijger & jullie
Gerard.

Uit: Brieven aan Josine M.
1959-1975
G.A. van Oorschot / Uitgever
Amsterdam

Republiek zal einde maken aan censuur op Beatrix


Door Carel Brendel

Bij het Algemeen Dagblad zijn ze nog maar net bekomen van het bezoek van Trijntje Oosterhuis. De popdiva mocht één dag optreden als gasthoofdredacteur ter gelegenheid van de zeer succesvolle actie, waarbij alle lezers haar nieuwe CD cadeau kregen. Uitgerekend die zaterdag kwam de Haagse redactie met een spraakmakend interview met Geert Wilders, die de nieuwe politiemissie naar Afghanistan ‘de grootste blunder tot nu toe’ van het kabinet-Rutte noemde.‘Waarnemend’ hoofdredacteur Trijntje Oosterhuis vond het maar niks dat Wilders op ‘haar’ voorpagina zou verschijnen, maar de echte journalisten overtuigden haar ervan dat het interview wel degelijk hard nieuws bevatte. Ze wist echter wel te bereiken, dat onder haar eigen foto op de AD-voorpagina geen foto van de PVV-leider zou worden geplaatst.

Niet alleen de koningin van de Nederlandse pop maar ook de koningin van Nederland heeft een bloedhekel aan Wilders. Dat laatste werd zaterdag weer eens 

Gevallen boom

Gevallen_boom

Vraag het Jihad (1)

Vrijwillig

Palestina een obsessie van het Radicale Westen, niet van de Arabieren

Door Brendan O'Neill, gepubliceerd in dagblad The Australian, 16 februari 2011.
Brendan O’Neill is redacteur van het Britse weblog Spiked.

"Tot de Palestijnen hun rechten terugkrijgen houden we instabiliteit in het gehele Midden-Oosten,” aldus John Pilger (1) in ABC’s Q&A (2) van maandag jongstleden. “Dat is de kern van alles.”

Een van de meest opvallende aspecten van de Egyptische opstand was echter het gebrek aan pro-Palestijnse leuzen. Zoals Egypte-specialist Amr Hamzawy zei, we zagen op het Tahrirplein geen leuzen als “Dood aan Israel, Amerika en het internationale imperialisme” of “Samen voor een vrij Palestina.” In plaats daarvan draaide het bij deze opstand om de vrijheid en de levensomstandigheden van het Egyptische volk zelf.

Maar tijdens de pro-Egypte demonstratie in Londen afgelopen zaterdag was er een zee aan Palestijnse leuzen. "Vrijheid voor Palestina”, zo luidde de leus en “Stop de Israëlische bezetting”. De sprekers hadden moeite het publiek enthousiast te krijgen omtrent de gebeurtenissen in Egypte en herhaalde keren moest men overgaan tot “Kom op Londen, jullie kunnen harder schreeuwen!” Maar iedere keer dat de naam ‘Palestina’ viel ging er een soort Pavloviaanse golf van opwinding door de menigte. Ze juichten als het P-woord werd genoemd en scandeerden “Vrijheid, vrijheid voor Palestina!”

Dit zegt iets essentieels over de Palestijnse kwestie. In de afgelopen jaren heeft het zich verplaatst van het Arabisch radicalisme – daar waar Egyptenaren en andere volkeren herhaaldelijk de vestiging van een Palestijnse staat eisten – naar het Westen, waar het bijna het exclusieve bezit is geworden van westerse middenklasse radicalen als John Pilger.

Ontdaan van haar nationalistische kracht en strijdbaarheid lijkt het Palestijnse probleem nu van weinig direct belang voor de protesterende Arabieren en is daarentegen de ultieme cause celèbre geworden van westerse vooruitstrevende actievoerders die niets liever hebben dan een tot slachtoffer verheven volk dat men onder zijn vleugels kan nemen.

De aantrekkingskracht die Palestina onder westerse radicalen heeft is ongekend. Palestina is de enige zaak waar ze opgewonden over raken. Maar er is niets progressiefs in hun pro-Palestijnse hartstocht. Het wordt niet gedreven door op de toekomst gerichte eisen voor economische ontwikkeling van een Palestijns thuisland in de Westbank of Gaza. In plaats daarvan wordt het gedreven door het idee van de Palestijnen als de ultieme slachtoffers, de ongelukkige en beklagenswaardige kinderen van de nieuwe wereldorde, die goedaardige Westerlingen nodig hebben om hen te beschermen tegen het Grote Boze Israël.

Het pro-Palestijnse radicalisme van vandaag de dag is veeleer antropologisch dan politiek. Het behandelt Palestijnen minder als mensen die bepaalde democratische rechten zouden moeten hebben en meer als een intrigerende stam die geprikkeld en in stand gehouden moet worden. Sommige westerse radicalen hebben zelfs de mode van hun favoriete stam overgenomen. Bezoek welke universiteit dan ook in het Westen, of sluit je aan bij een linkse protestmars, en je ziet bezorgd kijkende jongeren met de Palestijnse Arafat-sjaal, een politiek-correcte versie om jezelf tot een van de onderdrukten te verheffen.

Veel meer dan een politiek van solidariteit is dit een politiek van medelijden. Groepen westerse jongeren uit de middenklasse nemen Palestijnse zieligheidsvakanties in de West bank en Gaza. Aldaar aangekomen verbazen ze zich over de waardigheid van dit onderworpen volk, net zoals de echtgenotes van de oude Victoriaanse kolonisten die ontdekten dat ze nogal onder de indruk waren van de Afrikaanse stammen die ze moesten bekeren tot het Christendom. “Ik ben nog nooit zulke mensen tegengekomen als de Palestijnen. Ze zijn de sterkste mensen die ik ooit heb ontmoet,” zo dweepte de Britse vredsactiviste Kate Burton, die de voorpagina’s van de kranten haalde in 2006 nadat ze was ontvoerd door een Palestijnse splintergroepering in Gaza.

Natuurlijk, Westerlingen hebben zich vaak overgegeven aan morele avonturen in het buitenland, hetzij als missionarissen, hetzij als revolutionairen. Wat verschillend is aan dit Palestijnse zieligheidstoerisme is dat deze Westerlingen niet als oogmerk hebben de Palestijnen te bekeren tot een andere religie en evenmin willen ze de wapens met hen opnemen. Ze willen eenvoudigweg empathie tonen, terwijl ze zich wentelen in wat zij zien als de ultieme slachtofferschapservaring. Een zieligheidsreiziger schreef in de New Statesman over haar ervaring te leven in het ‘belegerde’ Bethlehem. "Ik begin te begrijpen wat het moet betekenen Palestijn te zijn,” zo zei ze.

Dat is het ultieme doel van deze empathiereizigers, om een ervaring te hebben die je direct in aanraking brengt met de politiek van slachtofferschap die deze Westerlingen zo onderschrijven. Daar waar sommige westerse jeugd die zich doodverveelt omdat hun dagelijkse leven de nodige spanning mist gaat bungyjumpen in Peru, daar gaan westerse linkse radicalen die de politieke situatie in het Westen veel te tam vinden naar Palestina om de tanks tegen te houden.

Er ligt een diepgravend narcisme ten grondslag aan de medelijden-voor-Palestina-beweging. Toen de Amerikaanse Rachel Corrie in 2003 werd gedood door een Israëlische bulldozer in Gaza was dit de aanleiding voor een toneelstuk met de titel Mijn naam is Rachel Corrie. De moord op de Britse vredesactivist Tom Hurndall in Gaza in 2004 (3) leidde tot een film met de titel De Moord op Thomas Hurndall.

Het gaat hier duidelijk allemaal om Ons – de goede en pure Westerlingen die in Palestina terecht zijn gekomen – dan over Hen, de werkelijke Palestijnen.

Er is inmiddels ook een schip met de naam MS Rachel Corrie, een van de schepen die vorig jaar werden aangevallen door het Israëlische leger toen het op weg was naar Gaza. Iedereen die ook maar iets betekent in de vooruitstrevende garde van Europa heeft er veel voor over aan te mogen monsteren op het schip. Parlementsleden, weldenkenden, Nobelprijswinnaars, romanschrijvers - zij allen hebben de MS Corrie richting Gaza gemanoeuvreerd, enorm gebrand op het promoten van hun puurder-dan-pure fatsoen om à la Kate Winslet op het dek te staan van een schip dat Tegen Israel is. Want het vandaag de dag verkondigen dat je “voor Palestina” bent is de ultieme egostrelende manier om alom te verkondigen dat je een Goede en Fatsoenlijke tegenstander bent van de moderne vorm van “Nazisme” dat in praktijk wordt gebracht door de Israëlische staat.

Voor deze historisch onbenullige actievoerders zijn de Israëli’s de nieuwe Nazi’s en is Gaza het nieuwe Ghetto van Warschau. Zoals de titel van een recente discusssieavond in Londen het treffend onder woorden bracht: “Een nieuwe Hitler voor een nieuwe generatie? De opkomst van de Israëlische terreur.”

Allen die zo veel medelijden hebben met de Palestijnen hebben geen tijd om na te denken over het ongemakkelijke feit dat Hamas een intolerante politieke beweging is die geen boodschap heeft aan de rechten van homosexuelen of gelijkheid voor vrouwen. In plaats daarvan wordt alles gereduceerd tot een sprookje à la Narnia, met gemene heksen tegenover gelukkige bosgodjes, het gaat er hier tenslotte om de leegheid die Westerlingen ervaren te vullen met wat broodnodige sturm und drang in hun leven, niet om het ontwarren van een smerige politieke realiteit.

Het is veelzeggend dat Palestina minder belangrijk is geworden voor de Arabieren terwijl het tegelijkertijd het belangrijkste symbolische strijdpunt is geworden voor westerse radicalen. Nu het Palestijnse volk wat minder de aandacht opeist kan het de perfecte politieke voedingsbodem worden voor de op slachtofferschap gerichte radicalen van het moderne Westen.

Vertaling: Kees Bakhuyzen, Hoeiboei


(1)Australisch journalist en politiek schrijver/commentator van radicaal linkse huize - het Australische equivalent van Noam Chomsky.
(2)Australisch discussieprogramma, waarbij het publiek vragen kan stellen aan een panel van vijf, waarbij altijd een parlementslid van de Liberals, een van de Australian Labour Party (ALP), een journalist van ‘links’ en een van ‘rechts’ en een vijfde commentator.
(3)Britse vredesactivist die in Gaza om het leven kwam door de kogel van een Israëlische sluipschutter.

Pralines en waterzooi


Door Dick Gilsing

Ooit gingen we, als student, naar België om een letterkundige te halen, die verder keek dan de literatuur zelf. Hij woonde ergens ten oosten van Oostende. We werden gastvrij onthaald door Bert Vanheste, gepromoveerd op een literatuursociologische studie (1971 –Literatuur en revolutie). De volgende dag waaiden we uit op de pier van Oostende, trots en tevreden dat het ons was gelukt de innemende Vlaming te strikken. We bezochten het huis van de schilder Ensor (in 2010 door de RQB-groep geportretteerd voor AVRO’s Close-up in Duivels die mij sarren), slenterden over de boulevard waar ook de expressionist Permeke in zijn jeugd had rondgedoold evenals een halve eeuw later de Belgische schrijver en filmkenner Eric de Kuyper (Met zicht op zee. Aan zee – veertig jaar later, 1988) – dat Charlotte Mutsaers haar hart aan Oostende zou verpanden, wisten we toen nog niet - , om terug te keren naar ons instituut Stella Maris aan de Van Schaeck Mathonsingel in Nijmegen, waar vanaf dat moment een andere wind zou gaan waaien. Bert bracht literatuur anders dan we gewend waren en hij bracht België in Nijmegen, materieel geconcretiseerd in Het Vlaams Cultureel Kwartier aldaar, zoals andere Belgen de Vlaamse cultuur in Nederland bekend en geliefd zouden maken.

Zondag 13 februari is op BRT EEN de 9-delige dramaserie De Ronde gestart. Arena is de ronde van Vlaanderen en alles speelt zich op één dag af, vaak gelijktijdig zoals dat in films als Magnolia en Babel gebeurt. De serie is een treffende metafoor voor de Vlaamse identiteit anno nu. Regisseur Jan Eelen spreekt in een interview van een tragikomische toon die in elke aflevering aanwezig is en die hij typerend vindt voor veel films en cabaretvoorstellingen in Vlaanderen. Eén van de figuren in de serie wordt gespeeld door Wim Helsen, voor mij de verpersoonlijking van die typisch Vlaamse tragikomische toon. Hij is een rasacteur en uitzonderlijk cabarettalent, meester van het Vlaamse absurde theater. Drie steeds – ook in Nederland – uitverkochte cabaretshows heeft hij op zijn naam staan. Voor de laatste kreeg hij bij ons de Poelifinario prijs. Hij speelde de rol van stuntman in de Belgisch film Dirty mind (Pieter van Hees 2009) en figureert nu dus in de tv-serie De Ronde. Hilarisch was

Bedenkingen

Femke Halsema twittert:

Daar heb ik deze bedenkingen bij:
Nou, nou Femke, om nu meteen zo'n jongen een 'crimineel' te noemen, dat vind ik erg goedkoop en gemakkelijk. Zo maak je het voor zo'n joch erg moeilijk. Als iedereen je altijd als een crimineel neerzet, dan blijven er weinig keuzes over.
Als we dat geld voor die politie-agenten nu hadden uitgegeven aan 'schooltjes' (Pechtold en Cohen) dan was dat jong hoogstwaarschijnlijk nooit op het slechte pad geraakt.
Verder vraag ik me af of je niet al te makkelijk met je dure tas liep te zwaaien. Er ligt ook een verantwoordelijkheid bij jou Femke.

Roelf-Jan Wentholt

Een droeve ridder van het vrije scheldwoord

door: Carel Brendel
Tuigdorp 
Alweer twee jaar geleden publiceerde Joost Zwagerman zijn dubbelpamflet Hitler in de polder & Vrij van God. Hierin bekritiseerde de schrijver de voortdurende verwijzingen naar Hitler om tegenstanders in het islamdebat verdacht te maken. Daarnaast viel hij de hypocrisie aan van een oude garde, die zich twintig jaar geleden nog wel inzette voor de bedreigde schrijver Salman Rushdie, maar sindsdien vrijwel zijn mond houdt over de negatieve aspecten van de islam. Francisco van Jole komt de eer toe om beide door Zwagerman gesignaleerde fenomenen in één persoon te verenigen. De hoofdredacteur van opiniesite Joop verwees gisteren naar zijn toenmalige protest tegen het door ayatollah Khomeini afgekondigde doodvonnis. Dat deed hij in een artikel over een naar Auschwitz verwijzende tekening van Adriaan Soeterbroek. De huiscartoonist van Joop maakte zijn omstreden prent naar aanleiding van de PVV-plannen voor een ‘tuigdorp’ – een verbaal opgefokte versie overigens van een oud plan van PvdA, CDA en VVD om asociale huurders te laten verhuizen naar containerwoningen buiten de stad.
 
De vergelijking tussen een tuigdorp en een vernietigingskamp zorgde voor woedende 

Ballerina

door Dick Gilsing

In een interview met de Uitkrant (A’dam, februari 2011) vertelt actrice Lotte Verbeek (bekend vooral van de prachtige film Nothing Personal (2009) en de Amerikaanse Tv-serie The Borgias), dat ze graag in een film over balletdanseres Olga de Haas zou spelen. Dé speelfilm over klassiek ballet was tot voor kort het Engelse The red Shoes (1948) van Michael Powel en Emeric Pressburger, gebaseerd op het sprookje van Hans Christian Andersen. Regisseur Martin Scorsese zag de film op negenjarige leeftijd en was er naar eigen zeggen kapot van, ook door het intrigerende camerawerk en de kleurrijke artdirection. Op het filmfestival van Cannes in 2009 presenteerde hij de op zijn initiatief tot stand gebrachte remake van deze balletklassieker, waarin een ballerina moet kiezen tussen de kunst en de liefde. De impressario Lermentov, geïnspireerd op de legendarische Sergej Diaghilev (die als leider van de befaamde Ballets Russes samenwerkte en –leefde met choreograaf en danser Vaslav Nijinski), is razend, wanneer zijn prima donna verliefd wordt op de componist die is aangetrokken voor het schrijven van de muziek voor de voorstelling. Eigenlijk omgekeerd aan het verhaal in dé balletfilm van dit moment: Black swan van Darren Aronofsky. Hier krijgt de prima ballerina te verstaan van de artistiek leider, dat ze de rol van de witte zwaan technisch beheerst maar voor de rol van de zwarte zwaan haar duistere kanten moet opzoeken en haar seksualiteit moet exploreren. Daardoor komt ze in een draaikolk van tegenstrijdige gevoelens en verlangens die haar steeds nerveuzer, gevoeliger en gekker maken. Destijds een prachtige rol van Moira Sheerer. Nu een topcreatie van Natalie Portman. De film van Aronofsky roept bij kijker en recensent tegenstrijdige reacties op. Op momenten dat een overload aan horror en kitsch me te veel dreigde te worden en ik wilde afhaken, hield Aronofsky zich op tijd in. Terug naar de kalme sereniteit van een bewust gebaar of een ingetogen blik. Alles lijkt weer onder controle. In de Volkskrant noemde Kevin Toma de film een meesterwerk (5 sterren) dat geen balletliefhebber mag missen, maar in de NRC werd Black Swan gerecenseerd met een twistgesprek tussen twee recensenten. De één spreekt van een pretentieuze clichéfilm, een matige psychothriller, het zoveelste filmverhaal over het niet kunnen scheiden van werkelijkheid en performance, dat in dit geval ballet tot iets tamelijk ordinairs maakt en de prachtige muziek van Tsjaikovski devalueert tot een oppervlakkig achtergronddeuntje. De ander bewondert juist het subjectieve, complexe en multi-interpretabele verhaal over een destructieve obsessie, dat uiterst spannend verteld wordt, doordat je steeds niet weet, wat je moet geloven. In zijn Voetnoot van zaterdag vijf februari doet Arnon Grunberg er nog een schepje bovenop: geen filmliefhebber mag deze film missen. Black Swan gaat volgens hem over ambitie, over het brengen van een offer. Een offer aan de goden “die (…) veel van schoonheid houden en soms zelfs verliefd worden op stervelingen”. Een Voetnoot van Grunberg is niet gedeeltelijk te citeren laat staan te parafraseren. Wie zijn ironische ernst ten volle wil proeven leze natuurlijk genoemde editie van de Volkskrant.

Over Diaghilev en Nijinski zijn in 2010 lijvige boekwerken in het Nederlands verschenen. Een boeiende biografie (Dhiagilev. Een leven voor de kunst), geschreven door Sjeng Scheijen aan de hand van minutieus researchwerk . Daarin rijst een genuanceerder beeld op van de artistiek leider van de Ballets Russes dan we tot nu toe hadden. Een niet zo megalomane impressario als de figuur van Lermentov uit The red shoes moest verbeelden. Arthur Japin schreef de roman Vaslav over de choreograaf en danser Nijinski. Vanuit het oogpunt van diens huisknecht, diens vrouw Romula en Diaghilev die zich als minnaar door Nijinski voelde afgewezen. Centraal staat 19 januari 1919, de dag waarop Nijinski (wiens enorme danssprongen - die met de wetten van de zwaartekracht leken te spotten - wereldbekend waren) een voorstelling gaf in Sankt Moritz in Zwitserland. Midden in de voorstelling stopt hij, wendt zich tot het publiek en zegt: “Nu is het kleine paardje moe”. Daarna heeft hij nooit meer

Het multiculturele experiment is in Nederland mislukt


Op de Hogeschool van Amsterdam werkt een docent aan de opleiding Bedrijfseconomie die, sinds hij in 2010 op bedevaart naar Mekka ging, vrouwen geen hand meer wil geven. Mannen krijgen van hem nog steeds een hand. Dit alles dus vanwege zijn geloofsovertuiging die hij sinds Mekka heel serieus neemt.

Een van de lezers van Hoeiboei stuurde daarom onderstaande vragen aan het College van Bestuur van de Hogeschool van Amsterdam.


1.Gelooft deze docent van de HvA in de gelijkwaardigheid van mannen en vrouwen?
2. Gelooft deze docent van de HvA in de gelijkwaardigheid van moslims en niet-moslims? 

3. Gelooft deze docent van de HvA in de gelijkwaardigheid van homoseksuelen en heteroseksuelen? 

4. Geeft deze docent van de HvA de voorkeur aan de sharia (de islamitische wet) of de Nederlandse grondwet?

5. Waar ligt de loyaliteit van deze HvA-docent? Bij de miljoenen vrouwen die verplicht zijn zich te bedekken, of bij de onderdrukkers van deze miljoenen vrouwen en kinderen?

Het antwoord van het College van Bestuur luidt als volgt:

Geachte mevrouw xxxx,
Dank voor uw reactie.
Het standpunt van het College van Bestuur is, dat het ontslag van één persoon niet de oplossing is van een complex en gevoelig maatschappelijk vraagstuk. Het bericht dat het op een multiculturele hogeschool

Hier haken we even in. “Complex en gevoelig maatschappelijk vraagstuk”? Wat is er complex aan het vrouwen geen hand willen geven maar mannen wel? Op een door de seculiere staat gefinancierde openbare school noemt men zoiets maar het beste gewoon discriminatie op basis van geslacht. De docent doet ook helemaal niet moeilijk of complex over de reden van zijn afwijkend gedrag; hij beroept zich eenvoudigweg op de islam.

En dan dat “mulitculturele hogeschool”? Het multiculturele experiment is in Nederland mislukt en daarin staan wij als westerse democratie niet alleen. In Nederland zijn meer dan genoeg mensen die helemaal niet geloven in de onbewezen belofte van de

Vijftig


Reeds weken, lieve luisteraars, wat zeg ik, reeds máánden heeft-ie het er al over.
'Gaan we het vieren, Cor - of zullen we er geen aandacht aan besteden?'
'Is vijftig nou oud, Cor - of tel je dan nog mee?'
'Nemen we een taart, Cor?'
'Ga jij d'r wat in je praatje-vooraf over zeggen, Cor - of doen we net of d'r niks aan de hand is?'
Kortom - wij bevonden ons in de barensweeën van Izzybootje zijn vijftigste verjaardag; en die krampjes zijn eigenlijk al de dag na zijn negenenveertigste geboortedag begonnen.
En vandaag is het dan zover.
Ischa vijftig.
Mijn god.
De oudste mediakleuter van Nederland.
Gisterenavond had ik me tegen twaalven naar zijn gezellige appartementje in de Amsterdamse binnenstad gespoed - met de slingers en de taart en de champagne. Want al dat gelul vooraf stelt geen ene moer voor - aangezien hij elk jaar, op straffe des doods, die slingers en die taart en die champagne eist.
En nóg meer aandacht.
En ik hing, met mijn krakkemikkige ouwemannenlijf, die slingers op.
En ik zette de taart klaar.
En ik plaatste de champagne in die koeler, die anders voor de dweilen gebruikt wordt.
En ik wachtte.
Want Izzybieliebietje was in Schiedam.
Voor een lezing.
En het werd twaalf uur.
En het werd één uur.
En om tien voor half twee ging eindelijk de telefoon.
'Ja - hallo, Corriemansje De Super de Luuks. Dit is dan onze jarige Job!'
'Gefeliciteerd, mijn kereltje.'
'Ja, Corriemalliemansje. Ik sta hier nog in Schiedam. en het is reuze gezellig, Corrieoolieootje. En mijn lezing was een geweldig succes, Corriekokeliekootje. En ik sta hier nog wat na te praten met Arthur en Henk en Bep en Rini en Heidi en Jacqueline en Els en Hannie en Sandra en Mitzi. maar ik kom er zó aan, Corriemansoliebootje.'
En hij klonk zó gelukkig.
Zó tevreden.
Zó opgeblazen.
Zó zelfgenoegzaam.
Zó verschrikkelijk en intens blij met zichzelf.
Dat ik alleen maar zei: 'Fijn, dat je, ondanks je populariteit in Schiedam, nog tijd gevonden hebt om mij even op te bellen.'
En anderhalf uur later stond hij in zijn kamertje.
Verblind van de drank en de eigendunk.
En hij keek niet naar de slingers.
En hij kon geen druppel alcohol meer tot zich nemen.
En hij haalde met zijn zatte kop een soeplepel uit de bestekla, en die zette hij met wilde gebaren in het gigantische marsepeinen hart dat ik voor hem gekocht had, waarop in grote letters stond: voor altijd Ischa, van je liefhebbende Cor.
En toen at-ie van die taart, alsof het een bord pap was.
En ik keek naar hem.
En ik dacht: inderdaad. Hij kan vijftig worden, hij kan honderd worden - maar het blijft dezelfde Ischa Meijer, met taartkruimels aan zijn immer jarige bekkie.
En ik mompelde: wereldberoemd in Schiedam.
Hahahahaha!
En thans, dames en heren, verzoek ik u om op te staan, en onze Pipo de Clown van Progressief Nederland allerhartelijkst toe te zingen.

(na het zingen)

Hé, jôh, sta daar niet zo post-orgastisch te koekeloeren. En zing nu maar je lievelingsliedje, jarig trutje - zing, verdomme, zing, zing, zing!

Ischa Meijer
14 februari 1993

Ischa Meijer
[14 februari 1943 - 14 februari 1995]
Uitgesproken door Cor Galis, 14 februari 1993
Uit: Zing m'n jongen zing!
Cor Galis leest Ischa Meijer

Prometheus
1997

Egypte

‘En, ben je blij dat Mubarak weg is?’

De vraag van mijn goede vriend V. verbaasde mij. Normaal gesproken houdt hij zich veel minder met politiek bezig dan ik. Onze telefoongesprekken gaan via de nodige inside jokes vrijwel altijd richting het dagelijkse wel en wee in Sydney en Amsterdam. Als het al over politiek gaat, dan betreft het altijd de Nederlandse binnenlandse aangelegenheden. En politiek vormt zeker nooit het eerste gespreksonderwerp.

Omdat ik aarzelde met antwoord geven drong hij aan. ‘Maar het was een dictator!’ Zijn toon hield het midden tussen een vraag en een uitroepteken.

Ik realiseerde me dat dit gesprek mij eindelijk een aanleiding gaf mijn gedachten rond de recente ontwikkelingen in Egypte op een rij te zetten. Ik heb de afgelopen weken door de veelvoud aan bomen in de vorm van artikelen, ooggetuigeverslagen, fotoreportages, televisiebeelden, opiniestukken en lezersreacties een bos in de vorm van een afgebakende opinie proberen te ontwaren, maar erg goed is me dat nog niet gelukt. Toch tekent zich een duidelijk patroon af en mijn verdere gesprek met V. schepte voor mij meer duidelijkheid in de situatie.

Natuurlijk is Mubarak een dictator en iedere dode als gevolg van de anti-Mubarak demonstraties is er een te veel. Maar ik heb geen 100% vertrouwen in het verdere verloop van deze omwenteling. De mogelijkheid van een overname door moslimfundamentalisten is niet denkbeeldig. Het voorbeeld van Iran is weinig hoopgevend (evenals overigens een deze week gehouden ‘officiële’ demonstratie in Teheran ter ere van de verjaardag van de Islamitische revolutie, waarbij alle steun werd betuigd aan het adres van de Egyptische opstandelingen). Kenners beweren dat dit niet zal gebeuren omdat het leger dan de zaak over zal nemen, maar dat werpt de vraag op of het Egyptische volk beter af is met een militair regime dan het was met Mubarak.

Ik probeerde de afgelopen weken steeds een idee te krijgen van het aandeel vrouwen zonder hoofddoek in de beelden die ons via tv, krant of andere media bereikten. Het deed me genoegen op HoeiBoei te lezen dat Phyllis Chesler zich precies hetzelfde had afgevraagd en gezien de reacties op HB waren we niet de enigen. Ik moest de laatste tijd vaak denken aan een Egyptische film die ik jaren terug zag in de Balie. Een Naguib Mahfouz-retrospectief toonde o.a. de verfilming van mijn favoriete Mahfouz-roman, De Dief en de Honden. Een prachtige jaren ‘60 tearjerker in zwart en wit, lekker dramatisch aangezet met als een van de belangrijkste nevenkarakters prostituee Nur die in mijn herinnering nog het meeste weg had van een Egyptische versie van Amy Winehouse. Ook werd er gewoon alcohol gedronken in de bars. Er is veel veranderd in Egypte, maar daarover hebben verschillende kenners en ex-bewoners van het land al genoeg geschreven. En alles wordt nog eens benadrukt door het stuk van Chesler.

Vorige week trof ik een foto in een van de kranten die me is bijgebleven omdat hij alleszeggend is. Two female protesters in Cairo, zo luidde het onderschrift. Links een christelijke dame, rechts een moslima. De christelijke dame zag er westers en modern uit, de moslima was gehuld in een burka. Ik vond het tekenend dat de omwentelingen in Egypte dit weekend in dagblad The Australian gepaard gingen met een uit de Wall Street Journal overgenomen stuk over het failliet van het multiculturalisme in Europa. Dat leidt mij naar mijn volgende punt.

De facebook generatie

door Dick Gilsing

Aan het eind van Paul & Witteman (vrijdag 11 febr. 2011) vertelde de Egyptische politicologe Monique Samuel, dat de volgende grap in Caïro de ronde doet. Mubarak wordt aan de hemelpoort opgewacht door zijn voorgangers Nasser en Anwar al Sadat en vraagt hen hoe ze zijn omgekomen. De eerste slaat zich op de borst: door een hartaanval. De tweede maakt een schietgebaar: neergeschoten. Op de vraag hoe hij aan zijn einde is gekomen, antwoordt Mubarak: door facebook. In de media wordt lyrisch verteld over de moed van de facebook generatie in Egypte. In genoemde uitzending stak de Egyptische acteur Sabri Saad el Hamus (bekend van de tv-serie Pleidooi, - en nu te zien in de dramaserie Het levenslied) zijn trots op de jonge generatie niet onder stoelen of banken. De afgang van Mubarak is bewerkstelligd door slim gebruik van social media. Zo worden de ontwikkelingen in Egypte door veel journalisten en politicologen geduid. Facebook en twitter hebben ongetwijfeld een grote rol gespeeld in de communicatie tussen de opstandelingen op het Tahrirplein in Caïro en elders, en in de berichtgeving naar buiten toe. En met recht spreken verslaggevers over volharding en moed van de jongeren in Egypte. De vreugde over de afgang van Mubarak in P & W was hartverwarmend. De deelnemers aan het programma vierden terecht een feestje naar aanleiding van de veranderingen in Egypte. Of social media daarbij een doorslaggevende rol hebben gespeeld, is de vraag.

In zijn essay Het kunstwerk in het tijdperk van zijn technische reproduceerbaarheid (1936) stelt de filosoof en kunstcriticus Walter Benjamin, dat met de reproduceerbaarheid van het beeld in fotografie en film het aura van de kunst in het geding is. Anderzijds maakt reproduceerbaarheid ook een verdergaande democratisering mogelijk, waardoor (visuele) communicatie binnen het bereik van

Vrouwen in de straten van Cairo: een verontrustende fotoreportage

door Prof. Phyllis Chesler 

In de afgelopen week hebben we de straatprotesten in Cairo veel in het nieuws gezien, op elk belangrijk kanaal en zowel in de krant als op het internet, en van alle politieke overtuigingen. Maar niet één heeft gezegd wat de foto’s ons laten zien. Sommigen zeggen dat een beeld meer zegt dan duizend woorden—en dat is ook zo. Bekijk ze samen met mij. 

Eerst zien we de foto’s die zijn gemaakt van afgestudeerden aan de Universiteit van Cairo in 1959, 1978, 1995 en 2004. Zeker er is een vooruitgang te zien—eigenlijk een achteruitgang als het om vrouwenrechten gaat. Eerder behaalde verworvenheden voor vrouwen zijn steeds meer verdampt.

Zoals je kunt zien, ondanks de grootte van de foto’s, hebben de vrouwelijke afgestudeerden in 1959 en in 1978 blote armen, ze droegen bloesjes met korte mouwen, rokjes of broeken, en droegen geen sluiers of hoofddoeken. Tegen 1995 zien we een paar hoofddoeken—en tegen 2004 zien we dat de meeste vrouwelijke afgestudeerden helemaal in hijab gekleed zijn: Strak en met de schouders bedekt.


Cairo University graduates in 1959, 1978, 1995, and 2004.


1959

Plein van de Bevrijding en 1989

Vervolgens

door Willem Melching

Politieke commentaren in de Nederlandse couranten zijn in de regel gespeend van enig historisch besef en politiek realisme. Vrijwel alle commentatoren putten zich uit in romantische bespiegelingen over de ontluikende democratie in Arabische landen. Dat is merkwaardig want de demonstranten zijn niet of nauwelijks in staat tot het formuleren van enig samenhangend politiek programma. Bovendien hebben de demonstranten geen enkele machtsbasis of zelfs maar een prille vorm van organisatie. De enige die zich niet liet meeslepen door Herfst-1989 -fantasieën was de immer scherpzinnige Heldring.

Op het eerste gezicht doen de demonstraties in Tunesië en Egypte inderdaad denken aan de opstanden van 1989 in Oost-Europa. Een aantal bekende ingrediënten is aanwezig: volkswoede over het gebrek aan toekomstperspectief en een opvallend gebrek aan repressie van de kant van de overheid en het leger in het bijzonder. Er zijn wel doden gevallen, maar dat gebeurde in Oost-Europa heus ook wel. Zo geweldloos liep het nu allemaal ook weer niet.

Lees hier verder.

Een lege plek


door Dick Gilsing

Via de vereniging circusvrienden werd ik erop geattendeerd dat vanaf 14 april a.s. de film Water for Elephants in de Nederlandse bioscopen verschijnt. Geregisseerd door Francis Lawrence naar het gelijknamige boek van Sara Gruen. Starring: Robert Pattinson (van Harry Potter en Twilight saga), Reese Witherspoon (van Legally Blonde en Twilight saga) en Christopher Waltz (van Inglourious Bastards). Arena: rondreizend circus in de jaren dertig in de VS. Daar meldt zich een student diergeneeskunde wanneer zijn ouders zijn vermoord. Hij valt voor de ster van het circus, die de vrouw is van een brute dierentemmer, tevens de baas van het circus. Deze krijgt het natuurlijk al snel aan de stok met de student. Romantisch drama uit Hollywood dus. Rondom een driehoeksverhouding. Heerlijk. Tenminste als het zich afspeelt in een circus. Dan kan het me niet romantisch genoeg zijn. Natuurlijk weet ik, dat er niet zo heel veel romantiek meer aan een circus kleeft. De HBO-circus-opleiding in Rotterdam onderwijst je ook in het vak marketing. Dat is geen overbodige luxe, dacht ik, toen ik van de zomer een voorstelling van Circus Renz bezocht: de tent was nog niet voor een kwart gevuld en de piste-sjouwers slenterden in lelijke kaki overalls rond. Zonder enige bezieling. Zonder enige aandacht voor de voorstelling. En de spreekstalmeester oreerde met monotone stem. Dat kon Gert-Jan Dröge beslist beter. Nee, dan circus Rigolo dat iedere zomer zijn tent(je) op de Nieuwmarkt in Amsterdam opslaat. Kleinschalig. Geen dieren. Met en voor buurtbewoners. Dat is lachen. En

“Op GeenStijl?!”

Nooit gedacht dat 't zou werken maar dat deed het wel. Wat, dat komt zo, eerst even dit.

Ik wandel graag over de hei, afhankelijk van het tijdstip kom ik er vrijwel niemand tegen, of wat hardlopers, paardrijders, fietsers, picknickers, wandelaars, honden met baasjes en kloothommels op brommers of scooters. Die laatsten horen daar niet.

Zelfs als het niet in de hoofden van die scooterrijdertjes opkomt, of als ze het lezen niet vaardig zijn, dan nog vallen de verkeersborden niet te misinterpreteren. Hoe aanlokkelijk en stoer een short cut over de hei ook mag lijken, als je niet begrijpt dat gemotoriseerde voertuigen daar niets te zoeken hebben, moet je jezelf na laten kijken.

Toch zie je, vooral 's zomers, die pummels zichtbaar genieten wanneer ze een onnozele wandelaar als ik in een zand-stuif-wolk achter zich kunnen laten. Een zonnebril die daar tegen beschermt, moet volgens mij nog uitgevonden worden.

Maar er valt weinig tegen te doen. Dat legde vorige zomer een toezichthoudende heide-inspecteur me haarfijn uit. Je ziet ze een doodenkele keer in een natuurlijk groen geverfde auto op de hei rondrijden. Hij wel. Ik had die dag net een brommertje achter de rug en vroeg hem, nu ik de gezagvoerder toch bij het hek aantrof, of een foto voldoende bewijs was om zulke jongens te laten bekeuren. Heb je een smart phone wil je 'm ook nuttig gebruiken, nietwaar? Nee hoor, alleen de politie kan zo'n schoffie bekeuren, en wel op heterdaad. Anders gaat het niet. Zei hij. Politie op de hei komt echter zeldzamer voor dan de brandweer... Dacht ik.

Maar goed, ik wist genoeg en toch deed ik het, toen ik vandaag twee van die brommerhufters op het smalle pad op me af zag scheuren. Misschien kwam het door 't zonnetje dat voor het eerst dit jaar een beetje kracht leek te hebben, in ieder geval deed ik geen respectvolle stap opzij, maar spreidde m'n armen wijd waardoor het volledige fiets-wandelpad geblokkeerd werd. Virtueel dan, want ze hadden er gemakkelijk omheen kunnen rijden al was dat dan een hobbelige en niet geheel risicoloos ommetje geworden.

Wat gebeurde er?

Het scootertje kwam, echt waar, vlak voor m'n voeten tot stilstand. Toen pas zag ik dat het twee zogeheten bontkraagjes waren. Dat maakte mij niet uit, ik discrimineer niet. Ik haalde m'n smart phone tevoorschijn en zei ferm – waar haalde ik het vandaan? – dat ze hier niet mochten rijden. “Oh, dat wist ik niet,” zei de bestuurder op de toon waarop kleine kinderen plegen te zeggen “ik heb het niet gedaan!! Ik was het niet!!”, terwijl de achterste z'n helm afzette. Op die opmerking ging ik niet in. “Ja, jammer dan,” zei ik resoluut. “Nu ga ik een foto van jullie maken en vanavond staan jullie op GeenStijl.” Op de een of andere manier voelde ik aan dat Hoeiboei.nl niet zo'n indruk op deze jongens zou maken.

Op GeenStijl?!” vroeg de een ongelovig. Het nadenken was begonnen.

Ja, of … what ever,” antwoordde ik lakoniek.

Ik liet niets van mijn verbazing en opluchting merken toen het bestuurdertje vervolgens afstapte en beleefd opperde:

Dan gaan we verder wel lopen..

Ik zei dat ik dat een goed idee vond, borg kalm mijn smart phone op en wandelde door, me inwendig enorm verkneukelend, zoals dat heet. Waar zo'n mevrouw van middelbare leeftijd toe in staat is! Het was minstens een kilometer lopen voor de jongens de rand van de hei zouden bereiken, wist ik, maar omkijken deed ik niet. Wel hield ik mijn oren gespitst. Ik verwachtte min of meer dat ze hun scooter na een paar meter zouden herstarten, wat ik op die leeftijd vast gedaan zou hebben, maar het bleef verbazingwekkend genoeg een en al vrede op de grote stille heide. Griezelig stil bijna.

Dreigen met GeenStijl helpt!

Niet de politie maar GeenStijl maakt uiteindelijk van ons allemaal brave burgers.

AnneliesvanderVeer

”Wij moslims genieten hier een maximum aan godsdienstvrijheid”

Hüseyin Koçak kandideerde in 2009 voor Die Linke voor de functie van hoofd van de »Landkreis« Kaiserslautern, stapte daarna over naar de SPD en zit intussen voor de CDU in het bestuur van de »Landkreis« Kaiserslautern. Zijn kritische opvattingen over de islam werden bij Die Linke niet echt op prijsgesteld. Voor Citizen Times sprak Benjamin Rösch met de politicus over Turken in Duitsland, integratieproblemen en de invloed van de Turkse regering op »haar« burgers in de Bondsrepubliek.

Citizen Times (CT): Meneer Koçak, als Duitser met Turkse wortels en bestuurslid van de Duits-Israëlische vereniging in het Saarland bent u waarschijnlijk bezorgd over de agressieve buitenlandse politiek van de Turkse minister-president tegenover Israël. Onlangs sprak Erdoğan in verband met de vestiging van een Turks-Arabische unie onder verwijzing naar de tijd van de kruistochten over »een oplossing van het Palestina-probleem«. Waarheen zal deze ingeslagen weg Turkije leiden?

Hüseyin Koçak (HK): In de eerste plaats gaat het een nationaal-islamist zoals Erdoğan niet om zogenaamde schendingen van mensenrechten in Gaza, want anders zou hij zich ook met Darfur moeten bezighouden, waar miljoenen moslims door islamisten vermoord of verdreven werden. Ook in Turkije vindt een bloedige onderdrukking van de Koerdenopstanden en een fascistoïde onderdrukking van de niet-moslims plaats. Dan is Israël, waar Arabieren een ruime mate aan autonomie genieten, veel verder dan Turkije. Islamisten zoals Erdoğan past het niet dat er een democratische en niet-islamitische staat in het Midden-Oosten bestaat, die gewoon niet in hun plaatje past. Deze politieke weg zal Turkije in de rol van een marionet van de Arabische wereld leiden – waar Erdoğan al overvloedig door de Saoedi’s wordt gehonoreerd. En de EU houdt slaperig vast aan de onderhandelingen over toetreding.

CT: Vindt u dat het erfgoed van Atatürk in gevaar is of is het misschien zelfs al verloren gegaan?

HK: Na de ondergang van het Ottomaanse rijk, dat als kalifaat met de sharia werd geregeerd, was er dankzij de hervormingen van Atatürk een moderne republiek ontstaan. Deze hervormingen hadden echter geen basis in Anatolië en hebben zich uiteindelijk ontpopt als een westerse make-up die nu afbrokkelt onder de AKP-regering. Het experiment van het Westen om Turkije als een islamitisch voorbeeldland te zien en tot partner te nemen, is al mislukt ten gunste van de islamisten.

CT: Deelt u de opvatting van veel Turkije-critici dat de regering in Ankara actief probeert te verhinderen dat Turkse immigranten in Europa en vooral in Duitsland echt integreren?

HK: Ja, ze probeert het in ieder geval en gedeeltelijk met succes. De critici zouden echter ook moeten weten dat er al honderdduizenden geïntegreerde Turken in Duitsland wonen, op wie Erdoğan en andere islamisten geen invloed hebben. Ik denk dan bijvoorbeeld aan de ca. 900.000 Alevieten of aan seculiere Soennieten zoals Bassam Tibi, Necla Kelek of Lale Akgün en nog vele anderen.

De Turkse staat bouwt echter ook ijverig moskeeën en exporteert het islamisme via imams naar Duitsland. Hij wil ook graag scholen bouwen en later moeten Turkse kleuterscholen volgen. Zoiets toont dat de regering ons Turken in Duitsland zou willen meeregeren. Datgene wat de Ottomanen door hun oorlogen tegen het Westen niet is gelukt, de islamisering van Europa, zou Erdoğan ongetwijfeld willen bereiken met zulke maatregelen, door de immigratie van islamitische burgers naar Europa en door

Door het stof

Vervolgens

door Theodor Holman

In De wereld draait door gaat het heel vaak over Geert Wilders, en heel weinig over de islam. Ik denk dat het ondertussen vierhonderd keer op allerlei manieren over Wilders is gegaan, tegenover acht keer over de islam.

Dat is toch vreemd. Wanneer er iets is met de katholieke kerk, moet meteen Antoine Bodar door het stof komen kruipen - dat doet-ie graag, hoor - maar als in Iran een vrouw wordt opgehangen wordt, of in Egypte worden vele koptische christenen vermoord, dan nodigt men maar weer eens Peter R. de Vries uit om te vertellen dat hij Geert Wilders kwaadaardig vindt (maar gelukkig vond hij destijds Heinekenontvoerder Cor van Hout 'één van de meest bijzondere mensen die ik ooit had ontmoet'.)

Over de islam praat men niet graag. Er wordt nooit echt ingegaan op wat erover wordt gezegd, maar wel gaat het over de rechters van Wilders, z'n lachjes, de rare streken, de advocaat, kortom: de oppervlakte, de buitenkant. De uitspraken van Wilders worden jammer genoeg zelden weerlegd. Er wordt alleen maar schande over gesproken.

Lees hierr verder.

Boom Beest Heide

Boom_beest_heide

Mijn Vijand Job Cohen

door: Manfred Gerstenfeld

Waarom ik Job Cohen als vijand beschouw kan het beste geïllustreerd worden aan de hand van het verkiezingsprogramma “Iedereen telt mee,” van de Partij van de Arbeid voor de kamerverkiezingen in Juni 2010. De tekst daarvan op het internet is nu wat korter dan vlak na de verkiezingen maar de essentie is grotendeels dezelfde.

Het partijprogramma bevat een hoofdstukje over instabiele regio's in de wereld. Het enige land dat met name genoemd wordt is Israel. De PvdA bepleit dat de EU contact kan onderhouden met elke Palestijnse factie die via democratische weg aan de macht komt.Dat betekent ook Hamas. Bij de verkiezingen in 2006 voor het Palestijnse Parlement won deze partij de absolute meerderheid van de zetels. Zowel de Verenigde Staten als de Europese Unie beschouwen deze propagandisten van massamoord op Joden terecht als terroristen.

Het Hamas Handvest drukt de genocidale houding jegens Joden in Artikel 7 uit: ‘Hamas verlangt ernaar Allah’s belofte ten uitvoer te brengen, hoeveel tijd dat ook kost. De profeet, gebed en vrede zij met hem, heeft gezegd: Die tijd zal niet komen voordat moslims strijden tegen de Joden (en hen doden); voordat de Joden zich verschuilen achter rotsen en bomen, die roepen zullen: O, moslim! Er verschuilt zich een Jood achter mij, kom en dood hem!’

Naast deze oproep tot massamoord van Joden bevat het Handvest van Hamas ook vele

Het Diner

Ja beste dames en heren, U denkt wellicht dat het nergens over gaat dat proces tegen Geert Wilders maar dan vergist U zich hoor. Sinds er een vers blik rechters is opengetrokken, hebben we vandaag kunnen leren dat het niet om een 'etentje' in mei 2010 ging waarvoor getuige-deskundige arabist Jansen en raadsheer Schalken beiden waren uitgenodigd maar een heus 'diner'. Waar wijn wordt geschonken en waar fatsoenlijke mensen als rechters gezamenlijk een maaltijd gebruiken, noem je geen etentje maar een diner. Spreek uit: dinee.

Gelieve dus voortaan aan Het Diner te refereren als men de bijeenkomst bedoelt waarvan de rechtbank nu wil weten of raadsheer Schalke arabist Jansen heeft proberen te (en kunnen) overtuigen van de juistheid van zijn beslissing Geert Wilders voor de Rechtbank in Amsterdam te slepen. Want wetenschappelijk gezien een ‘machtig interessante casus’, waar ‘deksels goed’ over moet worden doorgedacht, en die ‘allerlei perspectieven’ biedt.

Advocaat Moszkowicz kijkt ervan op dat het etentje in mei een diner genoemd dient te worden. Er bestaat een boek dat 'Het Diner' heet, weet de strafpleiter. Die informatie is helemaal juist want Herman Koch mag zich de trotse schrijver van deze best steller noemen. Tot zeker tweederde is het een heerlijk geschreven meeslepend boek waarin ook een machtig interessante casus plaatsvindt waarover deksels goed moet worden doorgedacht maar dat uiteindelijk verontrustende, om niet te zeggen angstaanjagende trekjes krijgt en tamelijk uit de hand loopt.

Van dat boek zou zo een film kunnen worden gemaakt, trouwens van het etentje, pardon van het beschaafde diner in mei ten huize van Bertus Hendriks net zo goed. Ik zie het helemaal voor me, perspectieven genoeg. Stel je de verhalen van alle genodigden van het diner voor, hun verwachtingen van het Wildersproces... Daar moet toch een psychologische thriller van jewelste van te maken zijn. Ongeacht wat de afloop van het Wildersproces precies zal zijn, vind ik het nu al spannend.

Van Herman Koch lees ik nu 'Zomerhuis met zwembad',  zijn jongste boek. Ik zie alweer een spannende film voor me. Het lijkt wel of Koch het erom doet. De perfecte zinnen van Koch, ze zijn er vanaf de eerste pagina, ook is meteen duidelijk dat Koch zijn fantasie de volle vrijheid geeft, je weet niet wat je moet geloven, rare, ongemakkelijke gevoelens bekruipen me, en ik ben pas op pagina 32.  Maar het is in het boek gelukkig allemaal fictie, toch?

AVe